Op de Canarische Eilanden is het aantal endemische slakken die met uitsterven worden bedreigd, afgenomen.

De Canarische Eilanden zijn erin geslaagd het aantal ernstig bedreigde endemische slakkensoorten terug te dringen dankzij de gecoördineerde inspanningen van het Loro Parque Fundación Macaronesia Species Survival Center, de International Union for Conservation of Nature (IUCN), de Universiteit van La Laguna en het CanBIO-project, dat medegefinancierd wordt door de Loro Parque Fundación en de regering van de Canarische Eilanden.
Na meer dan tien jaar zonder bijgewerkte informatie zijn meer dan dertig soorten landslakken die endemisch zijn voor de archipel opnieuw geëvalueerd. Dit werk heeft belangrijke gegevens opgeleverd over de huidige status van deze soorten, waardoor sommige ervan opnieuw geclassificeerd konden worden in lagere bedreigingscategorieën volgens de Rode Lijst van de IUCN. Dit is het geval voor soorten zoals Hemicycla mascaensis op Tenerife, die van ernstig bedreigd (CR) naar bijna bedreigd (NT) is gegaan, of Monilearia argineguinensis op Gran Canaria, nu bedreigd (EN).
De directeur van de Loro Parque Foundation, Javier Almunia, benadrukte dat "de bijgewerkte informatie die dankzij deze gezamenlijke werkzaamheden is verkregen cruciaal is voor de effectieve bescherming van deze kwetsbare soorten. Dankzij internationale en lokale samenwerking hebben we onze kennis aanzienlijk kunnen verbeteren en de nodige maatregelen kunnen aanpassen om deze endemische slakken te beschermen."
Almunia uitte echter ook zijn bezorgdheid over de algehele situatie, aangezien verschillende soorten ernstig bedreigd of mogelijk uitgestorven blijven. Hij benadrukte het belang van voortdurende effectieve en gerichte beschermingsmaatregelen. "Er is nog veel werk aan de winkel, en hoewel de vooruitgang bemoedigend is, moeten we de inspanningen intensiveren om het permanente verlies van deze unieke soorten te voorkomen," voegde hij eraan toe.
Per eiland heeft Gran Canaria de meeste soorten opnieuw geëvalueerd (11), gevolgd door La Gomera (9), Tenerife (7) en La Palma (3). Tot de belangrijkste resultaten behoren de creatie van nieuwe verspreidingskaarten en de herontdekking van populaties die al tientallen jaren niet meer waren gezien.
De volgende stap in het project is het ontwikkelen van beschermingsaanbevelingen voor de regering van de Canarische Eilanden, gericht op een effectieve bescherming van deze soorten in de toekomst. Over het geheel genomen is het nettoresultaat positief: het aantal ernstig bedreigde landslakken op de Canarische Eilanden is met twee soorten afgenomen, van 30 naar 28.
Het behoud van de biodiversiteit van landslakken is en blijft een urgente taak voor de Canarische Eilanden. Het vereist wetenschappelijke inzet en een gedeelde verantwoordelijkheid voor het natuurlijke erfgoed van de archipel.
Tenerife: Van de zeven beoordeelde soorten is er één verbeterd (H. mascaensis, die nu in het noordelijk halfrond voorkomt), terwijl de andere soorten in het noordelijk halfrond blijven en te maken hebben met bedreigingen zoals verstedelijking, invasieve soorten en toevallige gebeurtenissen. H. moderatea, N. teobaldoi en I. reticulata vallen op door hun extreem beperkte verspreiding. C. engonatus is sinds 1852 niet meer teruggevonden en wordt mogelijk uitgestorven geacht.
Gran Canaria: Tien soorten zijn herzien; twee zijn gedegradeerd (M. arguineguinensis naar EN en N. arinagaensis naar VU), terwijl acht in Gran Canaria zijn gehandhaafd vanwege hun beperkte verspreiding en bedreigingen zoals militaire activiteit, verstedelijking en habitatfragmentatie. I. machadoi en C. tamaranensis zijn waarschijnlijk uitgestorven.
La Palma: Drie soorten werden beoordeeld. V. festinans werd geüpgraded naar VU nadat er nieuwe populaties waren gevonden. De andere twee (C. putrescens en J. pompylus) zijn sinds de 19e eeuw niet meer aangetroffen en worden nog steeds als mogelijk uitgestorven beschouwd.
La Gomera: Van de negen onderzochte soorten zijn er twee gedegradeerd (C. ronceroi naar VU en H. efferata naar NT), terwijl andere soorten gedegradeerd zijn, zoals H. gomerensis en N. ocellatus, nu in Caribisch gebied. Nieuwe bedreigingen zijn bevestigd, zoals predatie door invasieve slakken en habitatverlies. C. gomerensis blijft in Caribisch gebied, mogelijk uitgestorven.
ABC.es