De plasticoligarchie: slechts 7 landen en 18 bedrijven domineren de productie

Genève, 7 augustus (EFE) - Zeven landen controleren twee derde van de wereldwijde plasticproductie en slechts 18 bedrijven monopoliseren meer dan de helft ervan, zo blijkt uit een onderzoek dat werd gepubliceerd tijdens de huidige VN-onderhandelingen om een verdrag te sluiten tegen vervuiling die door dit materiaal wordt veroorzaakt.
De zeven landen zijn China (met 34% van de wereldwijde productie), de Verenigde Staten (13%), Saoedi-Arabië, Zuid-Korea, India en Japan, aldus een onderzoek gepubliceerd door Zero Carbon Analytics, een bureau dat gespecialiseerd is in onderzoek naar de industriële impact van klimaatverandering en andere milieuproblemen.
Sommige van deze landen, zoals de Verenigde Staten, Saoedi-Arabië en India, waren in de onderhandelingen terughoudend om productiereductiequota in het verdrag op te nemen. Zij stellen dat deze sector essentieel is voor hun economie.
Het Chinese oliebedrijf Sinopec loopt vooropDe lijst van bedrijven wordt aangevoerd door het Chinese oliebedrijf Sinopec, met 5,4% van de wereldwijde productie, gevolgd door het Amerikaanse bedrijf ExxonMobil (5%), LyondellBasell (met Nederlands en Amerikaans kapitaal en een aandeel van 4,5%) en Saudi Aramco (4,3%).
Ook andere giganten staan bovenaan de lijst, zoals het Amerikaanse Dow, het Chinese Petrochina, het Europese INEOS en het Indiase Reliance Industries. Opvallend zijn ook de Braziliaanse bedrijven (Braskem), Taiwanese bedrijven (Formosa Plastics, Far Eastern New Century), Thaise bedrijven (Indorama) en het Franse oliebedrijf Total.
Uit het onderzoek blijkt dat de 15 grootste plasticproducerende landen 26,4 miljard dollar aan subsidies verstrekten voor grondstoffen die worden gebruikt bij de productie van plastic (afkomstig van ruwe olie, zoals nafta, ethaan en propaan), en dat slechts drie van deze landen (China, Saoedi-Arabië en Duitsland) 80% van deze hulp voor hun rekening namen.
Meerderheid van landen is voorstander van een verdragMaar liefst 96 van de 180 landen die aanwezig waren bij de onderhandelingen in Genève zijn voorstander van een verdrag dat productieverlagingen met zich meebrengt. Een klein aantal olie- en industriële grootmachten is er echter nog steeds tegen, in afwachting van de afronding van de onderhandelingen op 14 augustus.
Het Milieuprogramma van de VN (UNEP), de onderhandelaar, waarschuwt dat zonder veranderingen de wereldwijde plasticconsumptie tegen 2060 kan verdrievoudigen en dat de productie van plastic afval in de natuur naar verwachting tegen 2040 met 50% zal toenemen.
De planeet produceert momenteel 460 miljoen ton plastic per jaar, waarvan de helft bestaat uit wegwerpproducten, en minder dan 10% van het geproduceerde afval wordt gerecycled. Hierdoor komt een groot deel van dit afval, omgezet in microplastics en nanoplastics, in de oceanen terecht en van daaruit in de voedselketen.
De onderhandelingen worden gevoerd op basis van een ontwerp, dat bij aanvang van de huidige ronde nog zo'n 300 punten bevatte waarover de deelstaten het niet eens waren.
efeverde